Duinroosje

Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst

Duinroos ()

Het Duinroosje is een laagblijvende roos die vooral voorkomt op kalkrijke duinhellingen. De bloemkroon is wit, soms rozerood en heel zelden geel.
De stijlen zijn kort en niet tot een zuiltje vergroeid.

Kenmerkend voor de duinroos is de ronde bottel die eerst bruin van kleur is en daarna zwart. De bottel behoudt nog lang na het rijpen de niet ingesneden kelkslippen (kroontje).
De stengels zijn dicht bezet met rechte, venijnige stekels en borstels.
Kenmerken van het geslacht Roos  (Rosa) waartoe Duinroos behoort.

Het vruchtbeginsel van de roos is van buitenaf niet zichtbaar, omdat het ingesloten zit in de holle, flesvormige bloembodem. De vruchtjes zijn nootachtig.
De rozen hebben weinig tot geen honing, maar lokken insecten door overvloedig stuifmeel. De vruchten (rozenbottels) zijn rijk aan vitamine C.

Het determineren van wilde rozen is een verhaal apart. Veel soorten kunnen pas op naam gebracht worden door de bottels te bestuderen. Dus is het zaak na het fotograferen van de bloemen in het najaar terug te gaan naar de bewuste roos voor de beslissende details.

SPECIFICATIES - duinroos
familieRozenfamilie (Rosaceae)
info familieBloemen uit de Rozenfamilie hebben vrije kroonbladen en met stekels bezette stengels.
Het is een uitgebreide familie, waarvan de leden vaak eetbare vruchten dragen. Behalve de rozen met hun rijk aan vitamine C zijnde rozenbottels behoren ook de braam, de mispel, dwergkwee, peer, appel, vuurdoorn, meidoorn en lijsterbes tot de club. Meer kruidachtige soorten zijn agrimonie, pimpernel, vrouwenmantel, nagelkruid en ganzerik. En natuurlijk de aardbei!
naam duinroos (Rosa spinosissima)
waar op droge, matig voedselrijke, kalkhoudende grond - op duinhellingen
bloei mei-juni, september
kleur wit
blad 7- tot 11 -tallig
vrucht rozenbottel, bruinrood verkleurend naar zwart