Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Mazenmosschijfje (Lamprospora%20retrispora)
Het Mazenmosschijfje (Lamprospora retrispora) is gebonden aan het Duinsterretje, een mos dat vooral in de grijze duinen voorkomt. De kleur is oranjerood en het schijfje heeft een opvallend vliezige rand. Het Mazenmosschijfje is 1-4 mm klein. Kenmerkend en tevens verwarrend zijn de halfronde sporen die bedekt zijn met een vrij regelmatig, gewelfde netwerk met van 0.5 mu brede ribbels. Je zou aan Octospora neerlandica kunnen dekken. Deze soort heeft echter een zeer onregelmatig netwerk op de sporen, de ruimte tussen de ribbels is zeer fijn rimpelig. Het Duinsterretjesmosschijfje, de eerste die bij je opkomt als je het oranje schijfje ziet tussen het Duinsterretje, heeft ronde sporen.
Sleutel (NMV)
Ascuswand niet amyloïd
Apothecia ongesteeld, niet behaard, buitenkant kaal, fijn viltig of wrattig
Hymenium oranje
86. Niet blauw verkleurend bij beschadiging
- niet komvormig
Sporen bolrond of vrijwel rond
Sporen geornamenteerd ==> Lamprospora
Sporen ellipsvormig leidt naar Octospora incl. Lampr. retispora.
Sleutel Bryoparasitic Pezizales (volgens Octospora.de)
Sporen subglobose, geornamenteerd
Richels op sporen vormen een netwerk
==> Lamprospora gotlandica, L. leptodicty, L. retispora, Neottiela aphanodictyon, N. albocincta, N. rutilans, O. canariensis, Octospora neerlandica
Pad ronde sporen
Sporen min of meer rond, met versiering van vrij brede richels, parasitair op mossen.
Richels op sporen < 2mu breed
Volledig gesloten netwerk, richels niet gebogen, richels minder dan 1.5 mu hoog
==> L. tortulae-ruralis
Duinsterretjesmosschijfje
Apothecia: 2-4 mm in doorsnede met brede vliezige rand, hymenium oranje tot rood
Asci: 230-310 x 18-28 mu, 8-sporig, sporen 1-rijig
Ascospores: rond, (15-)16-19(-21) mu in doorsnede, ornamentatie bestaande uit richels 0.5-1(-1.5) mu breed, een rondmazig netwerk vormend met 8-12 mazen/diameter
Uitsluitend op: Syntrichia ruralis agg.
Habitat: in open gebied op de grond of op steen met dun laagje aarde
Mazenmosschijfje
Apothecia: 1-4 mm in doorsnede met duidelijke vliezige rand, hymenium oranje-rood
Asci: 8-spored, spores uniseriate
Ascospores: halfrond tot breed ellipsvormig, 17-21 x 14-16(-17) mu, ornamentatie 0.5 mu brede richels, een min of meer regelmatig, rechtmazig netwerk vormend, met 8-12 mazen/diameter
Groeiend op: Syntrichia ruralis, Syntrichia virescens, Syntrichia spec.
Habitat: op de grond of op stenen met mos, vaak bij rivieren
Kenmerken van het geslacht Lamprospora (Lamprospora) waartoe Mazenmosschijfje behoort.
Mosschijfjes zijn oranje of rode, schijfvormige, 0.5-10 mm grote ascomyceten. Rond de rand zit een dun, bleek vliesje dat tijdens de groei inscheurt. Het vliesje ziet er dan getand of gekarteld uit. De rand kan ook pluizig zijn. De mosschijfjes worden ingedeeld bij 2 geslachten, t.w. Octospora of Lamprospora. Het verschil zit in de vorm van de sporen, bij de Octospora zijn deze langwerpig, bij de Lamprospora meer rond en geornamenteerd. Ook zijn de Octospora-soorten wat lichter oranje gekleurd. Maar de grens tussen de twee is niet duidelijk afgebakend.
Mosschijfjes leven parasitair op mossen. Ze zijn door napvormige aanhechtingen verbonden met de rizo|ïden van het mos. Vaak zijn ze gebonden aan een specifieke mossoort. Het gaat dan zo goed als altijd om topkapselmossen.
Het voorkomen van mosschijfjes is sterk afhankelijk van de mate van droogtegevoeligheid van een gebied. In de kuststreek komen ze vooral in de natte winterperiode voor.